Bij auditieve verwerkingsproblemen zijn er problemen met de auditieve functies. Auditieve functies worden vaak uitgelegd als “wat we doen met wat we horen”. Oftewel: het verwerken van geluiden, klanken en spraak. Auditieve verwerking wordt omschreven als het mechanisme en de processen van het gehoor welke verantwoordelijk zijn voor het kunnen uitvoeren van: lokalisatie en lateralisatie van geluid (bijv. richtinghoren), auditieve discriminatie, auditieve patroonherkenning, auditief temporele waarneming, verstaan van spraak in achtergrondlawaai en verstaan van onvolledige (laag-redundante) spraak. Bovenstaande punten worden auditieve verwerkingsprocessen genoemd. Wanneer een probleem in één of meerdere functies bestaat, kan er sprake zijn van auditieve verwerkingsproblematiek.
De auditieve functies spelen ook een grote rol bij de leesvoorwaarden en het leren lezen en spellen.
Kinderen van groep 2 moeten aan een aantal leesvoorwaarden voldoen, voordat ze naar groep 3 kunnen. Voorbeelden hiervan zijn: letters samenvoegen tot één woord of verschillen horen tussen klanken/woorden.
WAT DOET DE LOGOPEDIST?
De logopedist doet onderzoek naar de auditieve vaardigheden en de mogelijke invloed hiervan op taal, spraak, lezen en spellen. Dit uitgebreid onderzoek naar auditieve verwerkingsproblemen wordt vaak pas op zesjarige leeftijd afgenomen, meestal in een audiologisch centrum. Op basis van het onderzoek worden adviezen gegeven aan ouders of bijvoorbeeld leerkrachten. Vaak wordt er tijdens individuele logopedische behandelingen gerichte oefening gedaan om de auditieve functies te verbeteren.